Zijn we massaal slaaf van onze smartphones en tablets? Of willen we zelf meester blijven door digitale mogelijkheden heel bewust toe te passen? Theo Compernolle daagt ons uit om online technologie op een slimme, doelgerichte manier in te zetten. 

Volgens de neuropsychiater lukt dat alleen als we ons brein snappen én serieus nemen, want voortdurend verbonden zijn is funest voor ons denkvermogen. Zijn boodschap roept de vraag op wat leidend hoort te zijn in het onderwijs: de beschikbare ICT of de jonge breinen die nog moeten leren hier zinvol mee om te gaan?

Tablets en smartphones zijn voor de jeugd heel gewoon en ze lijken er moeiteloos mee om te gaan. We concluderen daaruit dat deze geboren digitalen feilloos kunnen multitasken en online vaardig zijn, maar dat is volgens Compernolle veel te vroeg gejuicht. Uit onderzoek blijkt het tegendeel: hoe jonger en hoe vaker kinderen verbonden zijn met online technologie, hoe slechter ze scoren op onder meer concentratie, schoolprestaties en hun sociale en emotionele ontwikkeling. Ze blijken zelfs minder goed en snel te kunnen schakelen tussen verschillende taken, in de volksmond ‘multitasken' genoemd. Bovendien betekent het feit dat jeugd veel online is niet automatisch dat ze ook digitaal váárdig zijn. Ze moeten juist nog leren om digitale mogelijkheden slim in te zetten en om te kunnen leren, heeft het denkende brein regelmatig ‘ontkoppeling' nodig…

Vaardig of verslaafd?

Compernolle benadrukt dat hyperconnectiviteit een risico is voor zowel oudere als jongere generaties. De scheidslijn tussen enerzijds het leren/benutten van moderne ICT en anderzijds het domweg consumeren is maar héél dun, waarbij verslaving op de loer ligt. De grote uitdaging voor ons allemaal – en zeker voor de jeugd die ermee opgroeit – is om op een relevante manier gebruik te maken van digitale mogelijkheden. Jonge mensen hebben hooguit een voorsprong in de handigheid met moderne apparaten. Of ze vervolgens succesvol worden in studie en werk hangt nog steeds af van hun denkende brein! En precies dat denkende brein doen we volgens Compernolle enorm tekort doordat we voortdurend ‘verbonden' zijn. Funest voor het leren, stelt de neuropsychiater, met alle gevolgen van dien voor de opgroeiende jeugd.

Gebruiksaanwijzing brein

Op de kansen die online technologie ons biedt, heeft Compernolle niets af te dingen. Op de manier waarop we ermee omgaan wél. Hij pleit ervoor de gebruiksaanwijzing van ons brein te leren kennen, zodat we zorgvuldig blijven omgaan met ons denkvermogen. Dat begint met inzicht in de verschillen tussen het reflexbrein, het reflecterende/denkende brein en het archiverende brein. Het reflexbrein is primitief (evolutionair gezien het oudste), functioneert volledig in het hier en nu en reageert razendsnel op basis van de zintuigen en impliciete kennis. Tegenover die onbewuste reflexen staat ons denkende brein, dat in staat is tot reflectie en abstracte gedachtegangen, waarbij zowel het verleden en heden als ideeën over de toekomst een rol spelen. Dit unieke reflecterende brein heeft zich pas recent in de evolutie ontwikkeld en stelt ons in staat tot creativiteit, ethiek en wijsheid. 

Strijd om werkgeheugen

Een belangrijk verschil tussen het reflexbrein en het reflecterende brein is dat denken energie kost. We moeten bewust aandacht geven om onze denkkracht in te zetten bij taken en vraagstukken; helemaal als we creatief, ethisch en wijs willen handelen. Terwijl de aandacht van ons reflexbrein als vanzelf wordt getrokken en ‘spontaan' reageert. Maar wie niet wil werken op basis van primitieve reacties, heeft het denkende brein nodig voor verstandige beslissingen. En dat kost wilskracht en dus energie. Daarom is het ook goed om te weten dat ons reflecterende brein dezelfde ‘processor' gebruikt als het archiverende brein, die alle belangrijke informatie in onze hersenen opslaat. Compernolle stelt dat in deze strijd om werkgeheugen pauzes cruciaal zijn voor een gezonde balans. Het archiverende brein heeft het namelijk nodig om te ‘niksen': alleen als we slapen of ons denkvermogen op een laag pitje zetten, kunnen onze hersenen archiveren en op krachten komen.

Neem regelmatig pauze

Het eerste gebod van Compernolle voor iedereen die wijs wil omgaan met zijn brein: ontkoppel om te pauzeren, zodat het brein kan archiveren en recupereren. En met pauzeren bedoelt de neuropsychiater dus géén berichten checken op de smartphone, want dan blijf je het denkende brein prikkelen. Het gaat om rust voor de hersenen, bijvoorbeeld door een wandeling te maken, uit het raam te staren of simpele klusjes te doen die nauwelijks denkkracht vragen, zoals opruimen. Behalve hernieuwde energie levert dat mogelijk ook nog een ingeving op, want wanneer krijgen mensen hun meest creatieve invallen? Als ze ontkoppelt zijn, vaak zelfs buiten de werksituatie, bijvoorbeeld onder de douche of tijdens het sporten. Aan eureka-momenten gaat volgens Compernolle wel degelijk goede voorbereiding vooraf (zoals inlezen, studie doen, experimenteren en reflecteren), maar wie de zaak vervolgens durft los te laten en gaat ontspannen, heeft meer kans op een waardevol idee, inzicht of oplossing dan iemand die voortdurend zijn hersens blijft kraken.

Breinboeien

Hoe vaak en hoe lang pauzeren bij breinwerk nodig is, verschilt per persoon. Afhankelijk van de complexiteit van taken en onze persoonlijke ‘klok' is het de kunst om een ritme te vinden waarin we onze denkkracht zo goed mogelijk te benutten, zonder dat dit ten koste gaat van het archiveren van belangrijke informatie. Met regelmatige pauzes voorkomen we bovendien dat ons reflexbrein het ongemerkt overneemt bij vermoeidheid, iets waardoor volgens Compernolle zelfs slimme mensen soms hele domme beslissingen nemen. Maar helaas staan breinpauzes enorm onder druk door de huidige cultuur van voortdurende verbondenheid. Smartphones en tablets zijn geweldige hulpmiddelen, maar zijn tegelijk als boeien voor ons brein. Want volgens de neuropsychiater zijn we door al die verbondenheid enorm gebonden, zelfs in onze ‘vrije tijd'. 

Primitief bezig

Altijd verbonden en online beschikbaar zijn, leidt tot chronische stress, zegt Compernolle. De druk is ogenschijnlijk laag en vaak onbewust, maar als een ‘inwendig moeten' wel permanent aanwezig, zelfs als de smartphone in de broekzak of tas zit. Wanneer focussen we ons nog minimaal drie kwartier op één taak, zonder te worden gestoord? Het brein draait overuren omdat het steeds alert is en reageert bij elk geluidssignaal of icoontje. Met andere woorden: het brein is voortdurend reactief bezig en volgens Compernolle staat reactief gelijk aan primitief. Er is immers geen tijd meer voor reflectie als we continu – in een reflex – op prikkels reageren. Zo bekeken staan we met die permanente verbondenheid onze eigen creativiteit en wijsheid in de weg. Reflectie is zeldzaam en kostbaar in een tijd waarin informatie zo overvloedig en goedkoop aanwezig is. Waarmee Compernolle op zijn tweede gebod komt: ontkoppel om na te denken! (Of voor een echt gesprek, want hoe vaak komt dat nog voor?)

Multitasken is illusie

Als reflectie in deze tijd zo zeldzaam is, dan kunnen we juist daarmee verschil maken. Toch lijken we meer waarde te hechten aan de digitale technologie dan aan het eigen denkende brein, terwijl de online wereld nota bene is ontstaan vanuit ons denken! Volgens Compernolle is er niets wat de combinatie van het menselijke brein en computers kan overtreffen, als we maar rekening houden met onze eigen gebruiksaanwijzing. Een belangrijke voorwaarde om optimaal gebruik te maken van ons denkvermogen, is het besef dat multitasken een illusie is. Ons denkende brein kan namelijk maar één ding tegelijk! Hooguit kunnen we snel schakelen tussen alle zaken die aandacht vragen, maar dat heeft wel een hoge prijs. Onderzoek (en ook het schrijftestje dat we zelf uitvoeren) toont aan dat multitasken méér tijd vraagt – zelfs dubbel zoveel – en tot méér fouten leidt, terwijl we ook nog eens méér stress ervaren. Hoe slim is het dan eigenlijk nog om te willen multitasken? 

Werk in tijdsblokken

Elke wisseling van taak of context, hoe klein en onbeduidend ook, betekent een verlies van tijd, informatie en energie. En opgeteld is dat verlies groter dan we denken. Het derde gebod van Compernolle is daarom: roei taakwisselingen uit! (radicaal en genadeloos). Hij adviseert denkwerk te beschermen door te werken in afgebakende tijdsblokken, waarin we onverdeelde aandacht kunnen schenken aan één taak of activiteit tegelijk. Door ook tijdsblokken te reserveren voor zaken als e-mail en sociale media laten we onszelf niet voortdurend afleiden tijdens belangrijk werk. Kortom: focus, focus, focus. Omdat busyness bad for business is, adviseert Compernolle bovendien om broodnodige breinbreaks in te plannen. Zo'n ontkoppelde pauze is immers geen verloren tijd, maar ideale archiveer- en oplaadtijd voor onze hersenen. En wie weet levert het zelfs een geweldige ingeving op!

Mass distraction

Kost het grote moeite om regelmatig te ontkoppelen van alle digitale hypes en hulpmiddelen? Denk dan nog eens aan Compernolle zijn overtuiging dat ‘weapons of mass distraction' ons breinwerk vernietigen. Hij daagt ons uit om (weer) meester worden over de digitale hulpmiddelen die we – om het leven en werk efficiënter te maken – zelf hebben uitgevonden. ICT kan ons dienen bij een snelle verwerking, verbinding en productie van informatie en daarom is digitale technologie zeker waardevol om te blijven leren, ontwikkelen en innoveren. Maar alleen als we zelf baas blijven en geen slaaf worden! Dat is nog knap lastig, vooral door de afleiding van commerciële ‘habit forming products' die ons – volop consumerend en reagerend – voortdurend aan onze beeldschermpjes gekluisterd houden. Het betreft vaak volslagen irrelevante zaken, maar ze zijn wél enorm verslavend voor ons primitieve reflexbrein. Zeker onder de jeugd.

Wie durft?

Compernolle ziet een uitdaging voor het onderwijs, omdat hij stelt dat de jonge generaties hun breinpotentieel minder goed leren benutten als zij voortdurend in verbondenheid leven. Als Einstein of Steve Jobs vergroeid waren met hun smartphone, dan had hun denkende brein geen ruimte gehad voor het ontstaan van nieuwe inzichten en producten, stelt de neuropsychiater. Het vraagt ontkoppelde tijd en bewustzijn om ons ‘oude' brein op slimme, relevante manieren te laten werken met nieuwe technologie. Zodat we creatief, ethisch en wijs kunnen zijn... Wie durft te reflecteren?