'Zoals een architect een ruimte ziet, zo zien wij organisaties.'

Iedereen die regelmatig met groepen werkt of in groepsprocessen deelneemt, weet dat groepswerk krachtig en onmisbaar is, maar ook voor problemen kan zorgen.Problemen waarvoor werkvormen een geschikt medicijn kunnen zijn. Sasja Dirkse – Hulscher en Angela Talen publiceerden in 2007 Het Groot Werkvormenboek. Daarin vindt de lezer 120 werkvormen, geordend naar doelstelling. Geen hoogdravende verhandelingen of zware theorievorming, maar praktische, slimme oefeningen om allerhande werksituaties effectiever aan te kunnen pakken. Simpel? Razend simpel. Maar – en dat is het mooie – volgens velen werkt het wel. 
Twee jaar later volgde het boek Menskennis voor Managers, dat wederom op zeer praktische wijze  de manager bewust maakt van wat voor vlees hij of zij in de kuip heeft en hoe daarmee om te gaan. Ondertussen zijn we weer twee jaar verder en is het tijd voor hun volgende titel: Het Groot Coachboek, dat eind februari in de handel kwam. Wederom zeer praktisch opgezet. Met hun handelsmerk – praktische, goed doordachte werkvormen – zijn de twee ondertussen behoorlijk succesvol.

Een strik
Sasja Dirkse-Hulscher: ‘Wij schrijven allereerst vanwege het schrijfproces zelf. Dat is voor ons een moment van  reflectie. En die leidt ertoe dat onze kennis en expertise vastere vorm krijgt, maar ook regelmatig tot nieuwe inzichten, die we weer kunnen gebruiken. Verder schrijven we alleen een boek als we denken  dat onze expertise op een  bepaald gebied zo is gegroeid dat er een strik omheen kan. Pas dan gaan we het delen...' Talen: ‘We gaan in een hotel zitten en nemen niets mee, behalve onszelf, onze ervaring, onze laptops en een tevoren bedachte indeling van het boek dat we willen gaan schrijven. Voor Het Groot Coachboek hebben we drie  dagen in een hotel gezeten.' Giechelend: ‘Plus die twee dagen extra en veel contact met de uitgever om het manuscript helemaal rond te krijgen.'
Is dat niet wat weinig, vijf dagen voor een boek met 250 pagina's? Dirkse-Hulscher terwijl ze de giechel overneemt: ‘Nou het zijn wel lange dagen die we maken hoor. Van 's morgens acht tot een uur of twee 's nachts – of iets later, soms een nachtje door. Maar het grappige ervan is dat het heel veel energie geeft. Want aan het einde van zo'n week hebben we altijd weer zin in het volgende boek.' Talen: ‘Het is eigenlijk leuker dan een vakantieweek, dat zeggen we ook steeds tegen elkaar.'

Nieuwbakken manager
Centraal in elk boek dat ze schrijven, staat de praktische insteek en bruikbaarheid op de werkplek. ‘Je kunt enorm aan kwaliteit winnen door na te denken over de vorm waarin je iets giet', zegt Talen. ‘Wij zeggen: je kunt wel proberen zaken inhoudelijk te veranderen of te interveniëren in het proces dat mensen met elkaar doormaken, maar dat is vrij lastig. 

Stel, je moet als nieuwbakken manager leiding geven aan een groep mensen die jarenlang onder een zeer autoritaire persoon heeft gewerkt en je vraagt: ‘Wie wil er wat zeggen?' Tien tegen één dat er een stilte valt. Dan kun je concluderen:  ‘Wat een lastige groep.' Maar je kunt ook denken: ‘De vorm sloot niet aan, want ik krijg er deze groep niet mee aan de praat. Wij zeggen dan: pas een voor deze groep geschikte werkvorm toe en je zult zien dat die mensen ander gedrag gaan vertonen. Dus onze boodschap luidt: ‘Investeren in de vorm loont heel snel.'

Kleine interventies
Dirkse-Hulscher: ‘Ik had deze week een sessie met het bestuur van een overkoepelend orgaan van landelijke organisaties. Er moesten daar grootse veranderingen gaan plaatsvinden:  meer verbinding van de koepel met de lidorganisaties en tussen de organisaties onderling. Processen die lastig te sturen en beïnvloeden zijn. Maar als je keek naar het gedrag  binnen dat bestuur, dan zag je dat zij zelf allesbehalve een samenwerkend team waren. Dus ben ik toen die doelstellingen heel klein gaan maken en met hen een aantal werkvormen gaan doen. Bijvoorbeeld door ze uit te nodigen elkaar eerst eens te bevragen op de inbreng die ze hadden en dat aan elkaar terug te koppelen. Dat waren ze – gewend om één voor één hun zegje te doen – niet gewend.

Zoiets is eigenlijk heel klein, maar het leverde meteen veel op. Allemaal hadden ze het idee dat er die dag meer samenwerking was ontstaan. Zo kun je met kleine interventies – mits goed doordacht impact hebben op een hele organisatie.' ‘En vergis je niet', vervolgt Angela Talen. ‘Het lijkt heel simpel, maar er gaat een wereld achter schuil. Zoals een architect een ruimte ziet, zo zien wij organisaties. En daardoor weten wij wat het effect is als je x doet op moment y.'